Bij een juiste therapie van bedplassen staat het kind centraal en niet zozeer het bedplassen. Een kind dat er zelf niet mee zit, moet (en kan) men dan ook niet behandelen. De motivatie van het kind, en van de ouders, is de belangrijkste voorwaarde voor succes. Een aantal algemene therapeutische principes van iedere therapie zijn daarnaast:
Een eerste stap in elke behandeling is het kind te prijzen of te belonen als het een nacht droog gebleven is. Straffen wanneer het mis gaat maakt het kind alleen maar nerveuzer. Het bedplassen neemt daardoor toe en het kind ontkent het probleem liever dan mee te werken aan een oplossing.
Bedenk daarbij dat het niet in alle culturele milieus een vanzelfsprekendheid is om kinderen te prijzen! In hun gezinssituatie, met name bij allochtone patiënten, is dit moeilijker bespreekbaar.
Een methode van positieve stimulatie is de kalendermethode: iedere keer als het kind een nacht droog gebleven is, mag het een zonnetje of sterretje op een kalender tekenen. Voor een bepaald aantal zonnetjes of sterretjes krijgt het kind dan een vooraf afgesproken beloning.
Een van de eerste maatregelen naast beperken van de vochtopname enkele uren voor het slapen gaan is Plassen-Lezen-Plassen.
Na het uitplassen voor het kind naar bed gaat, wordt het rustig liggend in bed voorgelezen, of leest zelf. Gedacht wordt dat door deze rust de urineproductie gestimuleerd wordt en dat door opnieuw te uitplassen voor het werkelijke slapen het kind met minder urine in het lijf de nacht begint.
Opnemen van het kind houdt in dat het kind ’s avonds wakker wordt gemaakt en dan even gaat plassen. Dit kan voordat de ouders zelf naar bed gaan. Sommige kinderen plassen al vrij snel nadat ze slapen in bed. Opnemen moet dan eerder gebeuren. Niet vaker dan 1 maal per nacht. Maak uw kind daarbij wakker, anders leert het slapend te plassen en dat is niet de bedoeling.
Als het kind door opnemen moeilijk weer inslaapt en de volgende dag niet uitgerust is dan kan volstaan worden met opnemen zonder het kind wakker te maken. Eventueel kan dan ook overwogen worden het kind niet goed wakker te maken en half slapend te laten plassen. Dit geldt ook voor kinderen in de overgangsfase naar droog worden. Als het kind met halfslapend plassen droog blijft, dan dit gewoon voortzetten en bijvoorbeeld na 3 maanden tijdelijk stoppen en kijken wat het effect is.
Afspraken met het kind
Het is belangrijk om van tevoren goed met het kind af te spreken op welke manier het wakker gemaakt wil worden. Dit kan op verschillende manieren, bijvoorbeeld:
Laat het kind dan zelf naar de wc gaan en praat rustig tegen het kind, zodat het goed wakker blijft totdat hij/zij weer in bed ligt. Als het kind de rest van de nacht droog blijft, kan het opnemen elke avond met een half uur vervroegd worden net zolang tot men bij het tijdstip is aangekomen dat het kind één uur in bed ligt. Als het kind na het opnemen moeilijk in slaap komt en ’s ochtends moe is, dan is het beter om (tijdelijk) te stoppen.
Voordeel / Nadeel
Het voordeel van deze methode is dat het makkelijk voor een korte periode gedaan kan worden en het moraal van het kind wordt opgevijzeld. Het nadeel is dat de ouders de verantwoordelijkheid op zich nemen.
Recente onderzoeken hebben aangetoond dat ” wekken met een wachtwoord” wat vroeger geadviseerd werd de kans op droog worden niet vergroot, in vergelijking met “wekken zonder wachtwoord”.
Een goede methode tegen bedplassen, is de plaswekker. Wij hebben de beste ervaringen met Urifoon plaswekker, waar de plaswekker direct kan worden besteld (kopen of huren) en zij kunnen de kosten ook via de verzekering laten lopen als men daar recht op heeft.
De plaswekker kan gebruikt worden vanaf 7 jaar. Van belang is dat het kind zelf van het bedplassen af wil komen en het zelf dus als een probleem ziet. Het kind moet zelf voldoende gemotiveerd zijn om iets tegen het bedplassen te doen. In enkele gevallen is het kind al op jongere leeftijd gemotiveerd. De plaswekker kan eerder gebruikt worden, maar aangeraden wordt dat het kind in ieder geval 6 jaar is.
De plaswekker is een apparaat dat draadloos is verbonden met broekje dat er net zo uitziet als een normale onderbroek. In dit broekje zijn alleen sensordraadje verwerkt. Voor het slapen gaan wordt een zendertje op het broekje geklikt. Zodra er ‘s nachts een paar druppels urine in het broekje komen, gaat het alarm van de plaswekker af.
Het kind gaat uit bed, zet het alarm af, doet zijn plas op het toilet en vervangt het gebruikte broekje voor een droog broekje. Dan klikt het weer het zendertje op het broekje en gaat verder slapen. Zodoende wordt het kind steeds gewaarschuwd op het moment dat de blaas vol is.
Het is belangrijk dat het kind direct en goed wakker wordt van het alarm. Pas dan is de training begonnen. Als dit niet gebeurt is goede begeleiding belangrijk. Alleen Urifoon biedt kwalitatief vergelijkbare begeleiding die men krijgt vanuit bijvoorbeeld de plaspoli.
Voorbeelden die met goede begeleiding voorkomen kunnen worden, zijn:
Droge en natte regels voor gebruik plaswekker
Deze regels helpen om droog te worden. Iedere avond voor het slapen gaan, neem je de regels door, ook al denk je dat je ze wel kent.
De droge regels
Half uur voor je gaat slapen, ga je plassen, pyjama aantrekken en tanden poetsen. Daarna ga je 30 min. plat in bed liggen rusten (lezen, muziek luisteren) Daarna ga je nog een keer plassen.
De natte regels
De natte regels gaan over wat je moet doen wanneer je ’s nachts nat bent. De eerste week oefen je deze regels voor je gaat slapen. Je gaat op bed liggen en vraag je papa of mama om de wekker af te laten gaan. Jij gaat dan uit bed en doet alles wat je moet doen als je nat bent. Zo weet je ’s nachts als je nat bent, precies wat er moet gebeuren.
De natte regels
Iedere morgen schrijf je op je kalender hoe het ’s nachts is gegaan.
Op je kalender zijn er 4 kolommen;
Stoppen met de plaswekker
In het begin zal de plaswekker regelmatig afgaan. Als alles goed gaat zal dat na één of twee weken steeds minder vaak gebeuren. Het is natuurlijk te hopen dat je snel droog bent en blijft. Wanneer je 21 nachten achter elkaar droog bent gebleven (het alarm is niet afgegaan) mag je zonder de plaswekker gaan slapen. De “droge en de natte regels” gelden dan niet meer. Toch is het wel belangrijk dat je blijft oefenen om wakker te worden. Doe daarom nog voor het slapen de “Word Wakker Oefening”
Word Wakker Oefening;
Het komt voor dat de plaswekker nog niet goed helpt. Het kan zijn dat je niet wakker wordt van de wekker. Het kan ook zijn dat wel wakker wordt, maar toch in je bed blijft plassen. Als dat na 4-6 weken nog zo is, dan zal de wekker jou waarschijnlijk nu niet kunnen helpen. Je kunt het beter na een jaar nog eens proberen. Het komt vaak voor dat kinderen eerst droog worden, maar na een tijdje toch weer in bed gaan plassen. Je kunt dan de plaswekker nog een keer gebruiken. Na 2x blijven de meeste
Het is beter om de plaswekker niet langer dan vier maanden te gebruiken, tenzij met inschakeling van de huisarts of hulpverlener. Stoppen als het kind 3 weken droog is. De wekker dan nog wel 1 week in huis houden.
Wil de methode een goede kans van slagen hebben, dan moet de plaswekker goed werken en moet er voldoende begeleiding zijn. Het probleem is dat niet iedere fabrikant of kruisvereniging goede begeleiding geeft. Alleen Urifoon, plaspoli’s en een aantal GG&GD’s geven begeleiding. Voor informatie kunt u contact opnemen met het KCB.
Artsen adviseren ook in bepaalde gevallen de plaswekker in combinatie met Minrin, een preparaat dat ervoor zorgt dat er minder urine wordt aangemaakt. De plaswekker in combinatie met Minrin werkt voor het kind motiverend, omdat als er eenmaal niet in bed wordt geplast het zelfvertrouwen toe kan nemen.
De Droogbedtraining is verdeeld in drie fasen:
Deze fase kan het beste worden uitgevoerd in de nacht voorafgaand aan een vrije dag zodat ouder en kind de volgende dag kunnen uitslapen. In deze nacht wordt het kind elk uur gewekt met de plaswekker. Deze fase is verdeeld in vijf onderdelen:
De nachten na de eerste intensieve nacht wordt voor het slapen gaan begonnen met 5 positieve oefeningen. Het kind wordt verteld dat het fijn is dat het droog blijft en dat na een ongelukje de positieve oefeningen en de verschoningsoefeningen nodig zijn.
‘s Nachts wordt het kind op een vaste wektijd wakker gemaakt beginnend bij 0.30 uur. Na iedere nacht wekt de ouder het kind een half uur vroeger.
Bij een ongelukje herhaalt de procedure zich als in fase 1, onder d.
Na een droge nacht complimenteren de ouders het kind.
Als het kind 21 nachten achter elkaar droog is geweest, is de training klaar. Dit betekent dat:
Bij een ongelukje worden weer verschoningsoefeningen en positieve oefeningen (zonder wekker) gedaan. Als binnen een week 2x een ongelukje voorkomt, dan moet fase 2 opnieuw uitgevoerd worden totdat weer 14 droge nachten achter elkaar zijn bereikt.
Positieve oefening: Op bed wordt een leuk spelletje gedaan. De ouder zet onopvallend de wekker aan, waarop het kind als de wekker afgaat deze zelf afzet om vervolgens de oefening af te maken (opstaan, wekker afzetten, broekje uitdoen, naar de w.c. gaan enz.)
De DBT in groepsverband is bedoeld voor zeer hardnekkige oudere bedplassers. Alvorens in aanmerking te komen voor deze klinische DBT heeft het kind alle andere behandelingen (zie paragraaf 1, de stappen 1, 2 en3) al doorlopen zonder resultaat. De professional neemt een extra anamnese af met aandachtspunten om zicht te krijgen op het probleem en om de juiste behandeling voor te stellen.